
Geen karper, een schoen of radioactieve vaatjes vandaag. Wij hebben verse inzichten voor u gevangen om in de wereld los te laten.
Eveline Vanhaverbeke uit haar woede over kloteziekte k en over journalisten die de angst graag door hun artikels laten gieren. Ze schrijft over hoe ze suiker mijdt maar ook stress want die vreet en smikkelt aan immuniteit en levenskracht. En de doorvoelde woede in deze blog kalmeert en wordt een lied, A Forest van The Cure.
Met humor en pakkende zinnen bespreekt Jan Devriese twee boeken van Achiel Van Acker wiens leven ook op de proef werd gesteld, zij het door andere kloteziektes genaamd armoede en oorlog. Vaak betrapte Jan Devriese zichzelf erop dat hij bij lezing aan zijn grootouders moest denken. Zij zwegen zoals zovelen en dat wil hij respecteren. Maar hij besluit: ‘Sommige stemmen kunnen niet luid genoeg weerklinken in een wereld die selectief doof is.’
Tot slot gaat Ruud Verwaal dieper in op twee kwatrijnen. Een gaat over de schilder Elstir, zo vertelt ons die beste Ruud. Die schilder heeft een afkeer van de beeldhouwer Ski, omdat hij in deze man gebreken weerspiegeld ziet die hij zelf denkt te hebben overwonnen. Het herinnert hem eraan hoe anderen wellicht ooit over hemzelf hebben geoordeeld, toen hij nog niet was wie hij nu is.
Desalniettemin maakt deze vangst u beter, weledelgeboren medemens.
Het schijnt dat je boosheid moet uiten. Niet wegduwen, niet laten uitbarsten, maar wel voelen. En delen. Het schijnt dat angst stress is, dat stress te mijden is, dat het geen zin heeft bang te zijn, dat toch zal komen wat komt, goed of slecht, dood of levend.
Uit: De kloteziekte van Flow with life
Hij werd geboren in een gezin van twaalf kinderen en begon te werken toen hij een jaar of zes was: een kinderhandje toesteken bij vader, die de kost bijeen probeerde te schrapen als mandenvlechter, een ambacht dat vandaag enkel nog wordt beoefend door mensen met okselhaar, een bakfiets en een knagend gevoel dat hun leven niet compleet is zonder anderen te vervelen met verhalen over hun artisanaal geploeter. Toen Achiel tien was, zat zijn reguliere schooltijd erop. Kinderarbeid was toen volop in de mode, in de Brugse Klaverstraat, waar hij geboren was.
Uit: Achiel van De week van Devriese
Eenmaal geworden die je heden bent,
schijnbaar verlost van vroegere gebreken,
ontmoet je bij een ander soms weer streken
waarin je liever niet jezelf herkent.
Uit: De Recherche in kwatrijnen van Ruud Verwaal
