Het zal de verrassend vroege lente zijn, maar plots geloven we met zijn allen weer in de vredigheid van het leven, en dat alles goed komt. Het zijn dan ook ochtendlijke blogs, die we u vandaag onder de aandacht brengen.
Dagvinder staat onder de douche, Rimpelingen leest de krant tijdens het ontbijt en Herman, toch ook nog een beetje slaapdronken, kijkt terug op tien jaar huwelijk terwijl hij examens sociologie afneemt.
Ja, het leven kan mooi zijn, ook in Covid-tijden.
‘De ochtendlucht heeft een kleur van roest, ze bijt in mijn longen. Ik stap door de poort, de straat op, activeer mijn pols. Ik ren beheerst, het natte asfalt rolt onder me door. De wereld, een loopband zonder uitknop.’
‘Mijn man houdt dan zijn vinger op de regel die hij net aan het lezen is, kijkt geïnteresseerd en luistert ondertussen intens naar mij. Of doet op zijn minst alsof – iets wat je heus niet van iedere man kan zeggen.’
Uit Boude beweringen van Rimpelingen.
‘Maar zoals dat in de politiek dan heet: het is wat het is. (C’est ce que c’est. En dan op z’n Antwerps uitgesproken. Sèskes sè. De sèskes, dat krijgt ge daarvan.) ‘
Uit: C’est ce que c’est van Herman Loos.
Dirk, zeer vereerd, geeft weer moed bij het schrijven van mijn boek.
LikeLike