Martin Pulaski (vangst #147)

De laatste blogpost op Hoochiekoochie is een in memoriam. Het is nog geen zes weken oud, en van ziekte bij Martin Pulaski zelf was nog geen sprake. Hoogstens van ongemak.

En zie nu. Vandaag neemt de wereld afscheid van hem. The last of the gentlemen. Twee decennia lang hoochiekoochie, waarin hij schreef over film, muziek, filosofie, literatuur, poëzie en kunst. Over het leven en de liefde dus.

Kroniek van een kamertjeszondaar is een schatkamer.

Hij vertelt er over zijn opgroeien als schipperskind en op internaat. Getuigt van de hippiecultuur in zijn jeugdjaren, doorzag er ook de excessen van, vrijheid die niet iedereen aankon. Heel zijn leven tastte hij de vrijheid af. Vrijheid? Dat is een verlangen. Dat neem je overal mee, en hij reisde veel. In boeken, elpees en landen.

Vaak droeg hij een hoed, vast om gedachten te beschermen.

Deze collecteur van het menselijke leek niet te stagneren, bleef kunstwerken en muziek ontdekken, filosofen lezen. De romanticus pur sang. Verfijnd, ironisch, melancholiek. Edgar Allan Poe altijd op z’n schouder, Walt Whitman in zijn hart, daar was voorts ook plaats voor Yeats, Sebald, Howlin’ Wolf, The Band, Nietzsche, Kant, Rembrandt, de sfeer van La double vie de Véronique, Easy Rider. Groot hart dat veel kon dragen. Namedropping kende hij niet, hij wekte elke naam tot leven, hield werelden in het licht. Hij gebruikte van die prachtige woorden op het juiste moment zoals catatonisch, deflatoir, abysnaal.

Voor Radio Centraal stelde hij maandelijks Zéro de conduite samen. Uit zijn rijke discotheek zocht hij songs per thema bij elkaar, bijvoorbeeld rond het getal 2, de tijd, kamers. Zijn culturele landschap was bijzonder uitgestrekt. Dat mag niet verkaveld worden.

Hij is vaak te vinden in de vangsten, hier op Aanlegplaats, ook in die van onze gastvissers. Ook in Kant en Wal #1 staat een mooi verhaal van hem.

We bladerden door de schatkamer die deze Kroniek van een kamertjeszondaar is, met onze gedachten bij Agnes, Jesse, de mensen die hem na stonden en die wij niet kennen. We bladerden door de teksten en lazen de mens Matti Brouns (de echte naam van Martin Pulaski).

Deze schitteringen hielden we even tegen het licht:

‘Een tijdje al schrijf ik niets meer. Ik verwaarloos onze taal, die ons nochtans met elkaar kan verbinden en ons mogelijkheden biedt om onze tegenstellingen te overbruggen. Om op bijna alchimistische wijze afkeer en haat in liefde te veranderen.

Dat ik niets schrijf betekent niet dat er niets mee te delen valt. Alles blijft in beweging en er gebeuren zowel goede als slechte dingen. Vaak krijgt wat slecht is meer aandacht, maar je zou het betere toch ook nooit uit het oog mogen verliezen.’

uit: Terugkeer uit Berlijn, en zwijgen

Je beseft dat mensen die wel afscheid kunnen nemen net zo goed eenzaam zijn. Dat ook zij wel eens in de spiegel kijken en daar het verval zien. Je weet dat zij in hun lelijke en gevaarlijke auto’s en in hun nachtmerriekantoren niet minder verlangen naar een vorm van bevrijding dan jij.

uit: Afbakening van een territorium

Ontsnap aan nieuwe slachtpartijen.
Ontsnap, herbegin.
Ook in deze oude, niet te tellen tijd.
Verzin verzinsels en ongenoegen.
Labyrinten van bijeengesprokkeldedroomspreuken.
Bedenk een woning in Alaska,in Valley Stream.
Een kachel en een ledikant.

Uit: Nieuwe verzinsels

Ik zal niet ontkennen dat films als Shane en boeken als De Graaf van Monte Cristo en de verhalen van Edgar Allen Poe dat ook al hadden gedaan. Maar op een zwoele zomerdag in een kleine roeiboot in Bocholt op de Zuid-Willemsvaart, die de Maas met de Schelde verbindt, hoorde ik uit mijn kleine transistorradio de gigantische sound van River Deep-Mountain High ten hemel stijgen. De stem van Tina Turner, aangevuurd door het genie van Phil Spector, die overweldigende wall of sound, met een echo diep als de Stille Oceaan, hoog als Mount Elbert in Colorado, raakte mij tot in elke vezel van mijn lichaam en ziel, die meer één werden dan dat ooit was voorgevallen in een van de vele Heilige Missen die ik in mijn kinderjaren, toen ik diepgelovig was, had bijgewoond. Ik was nu een missionaris van Tina Turner geworden. Meteen voelde ik ook aan wat seks werkelijk was, hoe uitzinnig verschroeiend en allesomvattend. River Deep-Mountain High heeft mij toen op die drie minuten en vijfentwintig seconden voor altijd betoverd.

Uit: De diepe rivier van Tina Turner

Betekent één enkele sequoia niet meer dan zo’n ideaal van je? Om nu nog een Cherokee te worden is het te laat. Om middernacht vertrekt de laatste trein naar Het Barre Land. Doe wat je moet doen en doe het goed. Omhels een boom, zoals Véronique.

Uit: Zonder de kleuren van Veronique

Op 16 mei 2012 vroeg ik me af wat ik nog eens een keer leuk zou vinden. Ik stelde vast dat ik alles al leuk had gevonden, dat er niets meer overbleef om leuk te vinden. Er bleef werkelijk niets meer over. Ik geloof dat ik vervolgens de hele tijd met het de handen in het haar heb gezeten. Vanaf dan ben ik vrij snel helemaal kaal geworden. Vooral omdat ik me zo heb moeten inspannen om toch maar weer dingen leuk te gaan vinden. Als ik nu eerlijk ben is het vandaag nog veel erger. In 2012 was ik nog ironisch. Nu is het allemaal echt: er is niets leuks meer onder de zon en de maan.

Tenzij dan de zon en de maan zelf, wat schaduw en wat regen. Een tomaat, een forel, asperges, een liedje van Ann Briggs, I Wish I Was A Mole In The Ground van Bascom Lamar Lunsford. Tenzij een boek of twee van W.G. Sebald (niet écht leuk, wel meesterlijk), een film van Jan Komasa (ook niet écht leuk, wel aangrijpend). Tenzij mijn allerleukste vrienden (en welke vrienden zijn nu niet leuk!). Tenzij de meeste rivieren en zeeën en de sterren in een donkere streek zonder lintbebouwing. Tenzij tapirs (die ik nooit in het echt heb gezien), olifanten en panda’s. Tenzij de verhalen van Heinrich Von Kleist. Tenzij… Laat mij er maar mee ophouden: er zijn te veel leuke dingen om ze allemaal op te kunnen sommen.

Uit: Leuk

Vaarwel, Martin/Matti.

Gepubliceerd door Katrien Scheir

Katrien Scheir (1978) creëerde theaterstukken (tekst, regie, decor-en kostuumconcept). Ze maakte poppen, affiches, kostuums, decors. Ze werkte filosofische workshops uit, taalprojecten voor vluchtelingen, muzische lessen, kunst- en cultuurlessen. Nu schrijft ze verhalen, stukjes, columns, blogs, gedichten, liedjes, dagboeken, zeer dringende to do- lijstjes. Tijdens de appeloogst van september 2021 komt haar debuutroman uit: DE MAN VAN HET LICHT, UITGEVERIJ OEVERS Ze schildert ook (olieverf en aquarel) en maakt illustraties en cartoons, o.a. voor Apache.be Ze geeft les en workshops. Op dit moment werkt ze aan een nieuw boek en een kinderboek met illustraties, een reeks schilderijen, de opvoeding van haar zoontje en een kruidentuin.

Plaats een reactie