Nee polariseert. Het vergt moed. Nee is scherp, afwijzend, een kruis om te dragen én om te geven. Diegene die het gebruikt heeft keuzes gemaakt. In een tijd waar een gemondmaskerde nee gemakshalve vervangen wordt door een nog niet staan drie schrijvers op om zich de negatie eigen te maken. Of het nu gaat om een weigerende tand, een ontbrekend argument of een grofmazig net; de acceptatie ervan is geheel aan u.
‘Al mijn tanden zullen uitvallen. Ik zit weer op de tandartsstoel. De tandarts probeert de tand te trekken met een tang, een koord en een boor. Ik krijs, ze slaat me knock-out met een staaf. Wat ze ook doet, de tand geraakt er niet uit.’
Uit: Iets dat niet loslaat van Julie Cafmeyer
‘Recent nam ik de beslissing om elke dag een één-regelig commentaar te posten op Facebook. De regel luidt: ‘Stel je niet aan.’ Liefst gevolgd door de naam van de persoon op wie ik reageer, want dat komt zichtbaar harder aan. Het voordeel aan “stel je niet aan” is dat ik me niet in het minst verplicht voel om steeds weer dezelfde argumenten aan te dragen. En waarom zou ik ook?’
Uit: Also sprach der aansteller van Marc Cloostermans
‘Ik zoek naar was die ik allang heb opgehangen. Vind een GSM in de frigo en een blok kaas in mijn sjakosj. Het loopt spaak in mijn hoofd.’
Uit: Ja vs. Nee van Marjon Meijer