
Was het niet Ambrose Bierce die beweerde dat filosofie ‘A route of many roads leading from nowhere to nothing‘ is?
Al tijdens het lezen van diverse interviews met filosofe Ingrid Robeyns, naar aanleiding van de publicatie van haar boek ‘Limitarisme,’ zat ik te hopen dat Philippe Clerick hierop zou reageren. En kijk. Stiekem verdenk ik de Europese Commissie er trouwens van dat ze op krak hetzelfde zaten te hopen en Robeyns’ wetenschappelijk onderzoek naar de limieten van individuele rijkdom daarom zo rijkelijk ondersteunden.
Tom Wouters, ook bekend als de Franz Kafka van Grobbendonk, ontdekte in zijn boekenruilkast – naast uitgeknipte horoscopen van het jaar 2002, scheefgetrokken streekromans en persoonlijke geloofsboeken – een exemplaar van ‘De wonderparaplu’ van de negentiende eeuwse Hongaarse schrijver K. Mikszath. Wat volgt is een wondermooie liefdesboodschap aan boekenkasten in het algemeen en aan die van zijn grootouders in het bijzonder.
Op de laatste vrijdag van het jaar kijken we samen met Erik Herbosch om naar wat 2023 allemaal bracht. Erik is een man die is aangekomen in de herfst van zijn leven en daar in een aangename beschouwende stijl openhartige stukken over schrijft. Ondanks het feit dat hij in de marathon die het leven is kilometerpaal 35 heeft bereikt, is zijn Reviaanse conclusie: Moedig Voorwaarts! Op naar de toekomst. Op naar 2024.
‘Ik was ook niet de enige die geld veil had voor zo’n Bernstein-plaat, wat verklaart waarom de dirigent-componist zo rijk werd. De film hangt een aantrekkelijk beeld op van de woningen die hij betrok. Een kleine zoekopdracht op het internet leert mij dat Bernstein bij zijn overlijden in 1990 rond de 10 miljoen dollar bezat, wat omgerekend naar hedendaagse waarde 22 miljoen zou zijn. Dat is veel meer dan de 10 miljoen-norm die Robeyns voorstelt in De Standaard en de 1 miljoen-norm die ze voorstelt in De Morgen.
En nu zou Robeyns de vraag dus stellen of Bernstein dat geld ‘verdiend’ had? Hij had het in elk geval niet gestolen. Ik heb indertijd die plaat geheel vrijwillig gekocht.’
Uit: Tien miljoen euro min of meer van Philippe Clerick
‘Boeken die in kasten blijven staan, in welke staat dan ook, vertellen altijd een zekere liefdesboodschap. Onmiddellijk moet ik daarbij denken aan de boekenkast van mijn grootvader, die na zijn vroege dood in 1970 nooit meer werd aangevuld met een nieuw boek omdat mijn grootmoeder niet las. Ze stond in een onverwarmde kamer en zoals een bos dat niet onderhouden wordt, verwilderde ook de boekenkast, met doorhangende planken, romans die door het insijpelende vocht kromgroeiden en de onaangename geur van klammig papier die de kamer vulde.’
Uit: De wonderparaplu van Tom Wouters
‘Veel bijzonders zie ik niet als ik over mijn schouder kijk. U en ik verschillen niet zoveel, we lopen tenslotte allemaal min of meer dezelfde route. Ook ik heb weleens last van okselgeur of slecht humeur. Ook ik snauw weleens onbehouwen en schaam me daarvoor achteraf dan diep, ook ik maak voor een ander veel te weinig tijd, luister vaak te weinig en drink weleens te veel. En de splinter in uw oog zie ik sneller dan de balk in het mijne. We lijken meer op elkaar dan we denken.’
Uit: Voor jou van Erik Herbosch
ps zoals u ondertussen weet, is meer fraais van Philippe Clerick en Tom Wouters te vinden in Kant en Wal #1 – dat fantastisch boek van Aanlegplaats. We begrijpen uw teleurstelling dat er geen exemplaar onder uw kerstboom lag, maar geen probleem: we hebben nog wat exemplaren opzij gelegd, en die kan u gewoon zelf kopen. Hier.
