
De honderdste vangst van Aanlegplaats schittert na een troosteloze blauwe maandag. Wij tillen een schatkist vol verhalen uit drukke steden. Personages zijn uit hun kader ontsnapt en gevat door de eigenzinnige en poëtische blik van bloggers die in de marge durven dwalen. Drie bloggers vertellen over de wonde onder trekpleisters, dwars door stereotypen. Weg van de marktmodellen en glazen buildings. Deze schrijvers hebben ogen die verder kijken dan een neus lang is. Heerlijke figuren dolen en manken en lachen vreemd. Wankelmoedige clowns, een jonge vrouw in zwartwit uit een andere tijd, een jongetje met een handgranaat.
Els Claessens kijkt achter het masker van Antwerpen, waar een clown zich spiegelt in een gebouw.
Schrijver / kunstenaar / wetenschapper Gert-Jan van den Bemd moet door een déjà-vu plots denken aan een foto uit New York.
Tanja Wentzel ziet achter het been van een op het Vossenplein wandelende toerist een foto van een jonge, waarschijnlijk nu dode dame en wordt nieuwsgierig.
Nu glimlacht hij, want is alsof hij in een spiegel kijkt. Het gebouw op de hoek met de Sint-Michielskaai is net zoals zijn T-shirt: zwart-wit gestreept en met golvende rondingen. Enkel zijn twee bruine bretellen ontbreken aan het gebouw. Die zijn voor hem onontbeerlijk om zijn altijd afzakkende zwarte broek rond zijn bolle buik omhoog te houden. Met het bosje bloemen in zijn linkerhand en zijn rechterduim achter een bretel gehaakt, vervolgt hij zijn weg.
Uit: Intermezzo: Proza! op Gebeurtelijke Ongevallen
Onlangs had ik opnieuw een déjà vu-ervaring, maar dan met een foto die ik op een veilingsite ontdekte…. Op de fameuze foto van Arbus staat een jongen met een waanzinnige grimas en een speelgoedversie van een Mk 2 handgranaat in zijn rechterhand.
Arbus kwam de jongen – Colin Wood – tegen in Central Park, New York. Ze maakte elf foto’s van hem.
Uit: Déjà vu op Grand Foulard
Ik ben op het Vossenplein. Op zoek naar cadeautjes. Niets specifieks, dat lukt hier niet. Je kijkt om je heen tot je iets ziet wat bij een dierbare in je hoofd zou kunnen horen. Hier komen de dingen naar je toe, als je ze je laat overkomen.
Uit: Kerst op De Rode Valies